kop

Column Trix van Bennekom: Achter tralies

Drie jaar nadat de opening van een nieuwe gevangenis op Bonaire op bouwborden werd aangekondigd, is het eindelijk zover. De pers mocht een kijkje binnen de muren nemen en ‘proefboeven’ lieten zich 24 uur opsluiten zodat medewerkers de procedures konden oefenen. De gevangenis op Plantage Aruba is een unicum. Een op-en-top Nederlandse penitentiaire inrichting in het overzeese deel van het Koninkrijk die volledig aan de eisen van het Europees Comité tegen de Foltering van gevangenen voldoet.

Sinds Bonaire acht jaar geleden een ‘gemeente’ van Nederland werd, is er voor gedetineerden op het eiland veel veranderd. Voor die tijd was er geen gevangenis, er waren alleen politiecellen en een slecht beveiligd Huis van Bewaring. Vier man in een cel. Hoewel het Huis van Bewaring alleen bestemd was voor verdachten in voorlopige hechtenis, zaten er in de praktijk ook ‘afgestraften’.  Liever jarenlang in deze naargeestige en doelloze omgeving, dan naar de gevangenis op Curaçao, in de volksmond de Hogeschool van de Misdaad.

Een van de eerste projecten die de Nederlandse rijksoverheid tien jaar geleden met voortvarendheid aanpakte, was de bouw van een gevangenis naast het politiebureau in hartje Kralendijk: blauwe containers met tralies en een grote muur om het complex.  Sommige Nederlandse ambtenaren die ik destijds sprak vonden die containercellen maar niets, het leken wel hondenhokken, maar onder de bevolking werd daar heel anders over gedacht. De huisvesting was niet alleen vele malen beter dan in het oude Huis van Bewaring, maar voor de meeste gedetineerden was hun leven achter tralies een vooruitgang ten opzichte van thuis. Een goed matras, een fan, een televisie en niet onbelangrijk drie keer per dag een maaltijd. Eten volgens de Schijf van Vijf. Natuurlijk, ze waren een tijdje van hun vrijheid beroofd, maar daar kregen ze wel wat voor terug.  Het duurde dan ook niet lang voordat de gevangenis bekend stond als een vijf-sterren resort.

Op een eiland waar lonen zo laag en prijzen zo hoog zijn dat veel mensen twee banen nodig hebben om rond te komen en een sociaal vangnet als in Europees Nederland ontbreekt, heeft een verblijf in de gevangenis zijn afschrikwekkende werking verloren. Een Nederlandse rechter die op Bonaire werkzaam was en onlangs met pensioen ging, wees bij zijn afscheid op de grote rol van ‘armoede’ in rechtszaken.

Geen wonder dat de nieuw te openen gevangenis onder de bevolking voor onrust zorgt.  Nog mooier, nog meer voorzieningen. Een hotel.

Het moet gezegd, de nieuwe gevangenis is een juweeltje in zijn soort. Een prachtig, ruim opgezet complex waar door de wijze van bouwen maximaal gebruik wordt gemaakt van de passaatwind. Gedetineerden zitten met zijn tweeën in een cel en hebben ieder een eigen fan en televisie (met koptelefoon). Keurige sanitaire voorzieningen. Ik moest denken aan de hurktoiletten in de haveloze Point Blanche gevangenis op Sint-Maarten, waar ik enkele jaren geleden op bezoek was en uitgebreid met de directie en de Inmates Association kon spreken. Wat me in Point Blanche meteen opviel, was dat de celdeuren open stonden; iedereen krioelde door elkaar heen in de smalle gangen, de sfeer was rommelig maar niet grimmig. In Nederland verblijven gedetineerden behalve voor luchten en activiteiten in hun cel, in dit deel van de wereld staan de deuren overdag open. Terwijl bewakers me goed in de gaten hielden, kon ik de gevangenen vragen stellen en mocht zelfs foto’s van hen maken.

Op Bonaire zitten de gevangenen net als in Nederland overdag in hun cel, maar als ze willen hoeven ze daar dankzij een ruim aanbod aan dagbesteding helemaal niet te blijven. Van 8 tot 17 uur is er onderwijs en zijn tal van activiteiten waaraan kan worden deelgenomen. Er kunnen MBO-diploma’s worden behaald in groenvoorziening, bouw en horeca. Het is duidelijk dat op een gestructureerde en gedisciplineerde manier gedetineerden worden voorbereid op een terugkeer in de maatschappij.

‘We kunnen het niveau van beschaving van een natie meten door haar gevangenissen te bezoeken’ zei de Franse schrijver Albert Camus ooit. West-Europese landen mogen graag prat gaan op de manier waarop gevangenen worden behandeld, veel humaner dan in het grootste deel van de wereld.  Het Europese Comité tegen de Foltering van gevangenen (CPT) doet regelmatig onderzoek of de lidstaten van de EU de mensenrechten van gevangenen voldoende naleven. Wat betreft Nederland controleert het CPT niet alleen politiecellen en gevangenissen in Europees Nederland, maar ook in het Caribische deel van het Koninkrijk. Curaçao en Sint-Maarten kunnen steevast rekenen op afkeuring. 

Op zich is er helemaal niets mis mee dat het ministerie van Justitie en Veiligheid zich aan de Europese normen voor een ‘humane tenuitvoerlegging’ van straffen houdt. Op de situatie met de containercellen had het CPT nog wel het een en ander aan te merken, maar de nieuwe gevangenis is volledig CPT-proof. Beter kun je het als gevangene in de Caribbean, Latijns-Amerika en waarschijnlijk ook de Verenigde Staten niet krijgen. Voor een calculerende potentiele crimineel in deze regio is het handiger op Bonaire op drugssmokkel te worden betrapt of overvallen te plegen dan ‘thuis’. 

Er is al wat aan de hand.  In een rapport van de Raad voor de Rechtshandhaving uit 2017 kwam ik een interessante opmerking tegen van het CPT over de detentieratio op de BES-eilanden, het aantal gevangenen per 100.000 inwoners.  Met het huidige aantal van 112 detentieplaatsen noemde het CPT die ratio met 460 al hoog, bij een volledige bezetting van de capaciteit die in de nieuwbouw is voorzien (140 plaatsen) zou in de BES sprake zijn van een van de ‘hoogste detentieratio’s ter wereld’.

Het is te prijzen dat Nederland zich wat betreft gevangenen aan internationale regels wenst te houden.  Anders gezegd, de minister van Justitie wenst geen tweederangs gevangenen en weigert de regionale penitentiaire omstandigheden als uitgangspunt te nemen. Het tragische is dat die aanpak tegelijkertijd een schoolvoorbeeld is van het gebrek aan coördinatie en visie vanuit Den Haag, van het meten met twee maten. Terwijl sommige ministeries proberen voorzieningen richting het niveau van Europees Nederland te brengen, wringt het ministerie van Sociale Zaken zich al jaren in alle mogelijke bochten om vooral geen sociaal bestaansminimum te hoeven vaststellen. En vorige week schreef de staatssecretaris van Volksgezondheid nog aan de Tweede Kamer over de introductie van preventieve bevolkingsonderzoeken op de BES-eilanden (waar in Den Haag geen animo voor is) het belangrijk te vinden aan te sluiten bij de ‘specifieke regionale omstandigheden’.  En dat hij eerst maar weer een onderzoek laat doen. Niet uit te leggen en een staatssecretaris van de Christen Unie onwaardig.

Trix van Bennekom schreef: Abraham, kroniek van een politieke dynastie, dit is HIER te bestellen en De tragiek van Bonaire, Nederlands onvermogen op een eiland waar niets is wat het lijkt, dit is HIER te bestellen.